Diner Pensant “Train je stoïcijnse mindset” met Mark Tuitert
25 augustus bij Huize Molenaar
Gespreksleider: Sofie Vriends
Huize Molenaar in Utrecht
Verdiwel voorzitter Sofie Vriends verwelkomt alle deelnemers en onze gast Mark Tuitert. ‘Als jonge schaatser raakte ik al onder de indruk van de stoïcijnse filosofie,’ vertelt Tuitert . ‘Gewoonlijk gebruiken we het woord “stoïcijns” voor het uitschakelen van je gevoelens. Voor mij gaat het om iets heel anders. Om een mindset. Een levenshouding waarmee je chaos en onzekerheid gadeslaat zonder je daarin mee te laten slepen. Dat is ook interessant voor jullie vakgebied, waar het gaat om mensen helpen. Medemenselijkheid is een stoïcijnse waarde.’
Mark Tuitert is in 1980 geboren in Holten. In 1999 werd hij wereldkampioen schaatsen bij de junioren. Een jaar later deed hij mee aan de Europese Kampioenschappen, waar hij in 2003 brons binnen haalde. In 2006 werd hij Nederlands kampioen allround. Hoogtepunt van zijn schaatscarrière was het behalen van goud als olympisch kampioen op de 1500 meter in 2010 in Vancouver. In datzelfde jaar werd hij verkozen tot sportman van het jaar.
Een harde wereld
‘In de topsport is winnen eigenlijk het enige waar alles om draait,’ zegt Tuitert, die als kind al vier keer per week schaatste of skeelerde. ‘Voorafgaand aan de wedstrijd in Vancouver dacht ik: Twaalf jaar heb je intensief getraind. Als het dan vandaag niet lukt om kampioen te worden, is het dan allemaal voor niets geweest?’
Hij laat een kort geluidsfragment horen van piepjes die vlak achter elkaar klinken. ‘Die piepjes hoor je als je over de finish gaat. Het verschil tussen de eerste en de laatste is een kwestie van seconden. Je komt vlak na elkaar over de finish, verschillen zijn heel erg klein.’ De topsport is een harde wereld. ‘Als je wint, ligt de wereld aan je voeten. Als je verliest — dus als vierde of als elfde over de finish gaat — is er niemand die naar je toekomt en zegt: “Jammer voor je”. Je mag blij zijn als een vriend of een familielid een arm om je schouders legt en zegt: “Hou vol, over vier jaar weer!”
Toen Tuitert professioneel schaatser werd, woonde hij nog thuis bij zijn ouders, die in een vechtscheiding verwikkeld waren. Zijn moeder, die aan depressies leed, wilde hij als oudste zoon zo goed mogelijk bijstaan. Tegelijkertijd moest hij – om topprestaties te kunnen leveren – zoveel mogelijk trainen. Tijdens zijn rit op de1500 meter van de Olympische Spelen in 2002 ging het mis. ‘Ik nam de binnenbocht iets te scherp en belandde in de kussens,’ vertelt Tuitert. ‘Die hele winter lag ik ziek en zwaar overtraind op de bank. Tot dan toe wilde ik altijd maar harder trainen om te kunnen winnen, maar toen realiseerde ik me dat het tegenovergestelde het resultaat was.’
Obstakel wordt hulpmiddel
Tuitert ontdekte de stoïcijnse filosofie, die rond 300 jaar vë³ë³r onze jaartelling ontstond in Griekenland. ‘Een van die stoïcijnse denkers was Marcus Aurelius, die ook keizer van het Romeinse Rijk werd. Aurelius schreef: “Wat een obstakel was wordt een hulpmiddel, wat je verhinderde een bepaalde weg in te slaan wordt een richtingwijzer.” Dankzij de stoïcijnen leerde ik omgaan met tegenslagen.’ Een andere belangrijke les leerde hij van Epicurus: concentreer je in de eerste plaats op zaken waarop je invloed hebt.
Schaatsers rijden in zogenoemde “treintjes”. ‘Met zo’n treintje haal je een hoger niveau dan dat wat je alleen behaalt,’ legt Tuitert uit. ‘Teambelang is je eigen belang.’
Toen Tuitert al zes jaar geen contact meer met zijn vader had gehad, stimuleerde een vriend — ‘een wijze man’ — hem om het contact met zijn vader te herstellen. Met een familie opstelling overtuigde hij Tuitert van het belang daarvan. Die strategie bleek bovendien goed te passen bij een theorie van Epictetus, die onderscheid maakt tussen een feitelijke gebeurtenis en het oordeel van de betrokkene over die gebeurtenis. ‘Dat oordeel zegt meer over die betrokkene zelf dan over die gebeurtenis op zich.’ Tuitert wist de relatie met zijn vader te herstellen en daardoor viel een zware last van hem af.
Die eerder genoemde les van Epicurus gebruikte hij ook als schaatser: ‘Ik concentreerde me op doen wat ik kon, maar of ik won of niet, lag niet alleen aan mijzelf.’ Al met al had hij in 2012 zo’n goede conditie en zat hij zo goed in zijn vel, dat hij dat jaar bij de Olympische Spelen goud won op de 1.500 meter. Zijn broer en zijn vader zaten daar op de tribune. Twaalf jaar trainen was niet voor niets geweest.
Antwoorden op vragen uit de zaal*
Je vertelde over verbinding met een team, terwijl iedereen kampioen wil worden en dus ook voor zichzelf schaatst. Hoe verhouden team en individu zich dan tot elkaar?
‘Je streeft als topsporter je eigen doelen na en legt niet alles op tafel. Maar rondjes schaatsen is niet waar het hele leven om draait. Tegelijkertijd had en heb ik behoefte aan een connectie met andere mensen. Je kunt anderen beter leren kennen door socratische vragen te stellen.’
In je schaatscarrière kon je goed uit de voeten met je stoïcijnse mindset. Komt die ook na het schaatsen van pas?
‘Zeker! Toen ik stopte met schaatsen, worstelde ik met mezelf. Ik heb altijd hard gewerkt, maar wat moest ik in een sollicitatiegesprek antwoorden op de vraag: Waar ben je goed in? Ik ben te autonoom om bij iemand anders in dienst te gaan. Ik wilde verder met de stoïcijnse mindset, schreef daar een boek over en houdt daar nu lezingen over.’
Ik heb een topsporter in dienst genomen. Een turner die aan de slag gaat als jongerenwerker. Heb je een tip voor mij?
‘Verscheidenheid in een team kan goed werken. Topsporters kunnen veel. Ze kunnen goed tegen kritiek, zijn goed in teamwork. Belangrijk is dat zij een richting vinden. Ze moeten zichzelf in een andere setting leren kennen.’
Googelend op internet hoorde ik de wethouder in een Raadsvergadering zeggen dat wij een ton extra moeten bezuinigen. Daarover was ik tevoren niet geïnformeerd. Ik was boos. Wat zou jij doen?
‘De wethouder heeft waarschijnlijk niet genoeg financie middelen om het iedereen naar de zin te maken. Boos zijn op de wethouder heeft geen zin. Je kunt je het best richten op wat in je macht ligt. Bijvoorbeeld de wethouder op een andere manier duidelijk maken en laten begrijpen hoe belangrijk het werk van jouw organisatie is.’
Als je wilt winnen om te winnen, houdt dat je winst tegen?
‘Als je dat willen winnen teveel forceert, ga je verkrampt schaatsen. Je moet niet op het resultaat focussen, maar op je eigen instelling. Het klinkt paradoxaal, maar dat geeft meer rust en zo heb je meer kans om je resultaat te bereiken. Om te winnen.’
Tien op de stoïcijnse mindset gebaseerde lessen
De stoïcijnse filosofen ontwikkelden 2.000 jaar geleden een mindset die kalmte en richting geeft. Vanaf zijn negentiende verdiept Tuitert zich in deze filosofen en ervaart hij dat hij baat had bij deze mindset. Vorig jaar publiceerde hij zijn boek “Drive”, waarin hij zijn lezers tien op de stoïcijnse mindset gebaseerde lessen leert:
1. Gebruik je tegenslagen als richtingaanwijzers.
2. Als je minder oordeelt, begrijp je meer.
3. Win door je niet op winnen te richten.
4. Teambelang is je eigen belang.
5. Accepteer je lot (en heb het lief).
6. De dood maakt het leven episch.
7. Geluk is een bijproduct.
8. Een kaart is handig, een kompas beter.
9. Karakter is je belangrijkste project.
10. Daden zijn meer waard dan woorden.
(* Omdat veel vragen en antwoorden een persoonlijke inslag hadden, zijn alle vragen geanonimiseerd.)
De voordelen van Verdiwel
Waarom lid worden
- Kennis
- Ervaring
- Intervisie
- Expertise
- Versterking van de kwaliteit van besturen in het sociaal werk