Sociaal werk als eerste hulp bij maatschappelijke ongelukken
Caleidoz Welzijn, Forte Welzijn en Mozaïek Welzijn vormen sinds enkele maanden de nieuwe stichting Samenso, de afkorting van ‘samen mensen sociaal’. Deze nieuwe stichting ondersteunt de drie bestaande welzijnsorganisaties met vier gezamenlijke voorzieningen: een servicebureau, een Raad van Toezicht, een managementteam en een bestuurder: Lucien Peeters. Karlijn van Hillen nam afscheid van Caleidoz Welzijn en Johan Andree van Mozaïek Welzijn. Johan vindt dat sociaal werk dankzij de decentralisaties en de pandemie steviger op de kaart staat dan ooit. En ziet grote uitdagingen voor het sociaal werk in de energietransitie, in de inzet van professionele ervaringsdeskundigen en in criminaliteitspreventie.
Jullie hebben Samenso opgericht, maar de drie uitvoeringsorganisaties blijven zelfstandig. Waarom besloten jullie niet tot een complete fusie?
‘We wilden nadrukkelijk de uitvoeringsorganisaties zelfstandig laten functioneren, omdat zij politiek en bestuurlijk en bij inwoners goed op de kaart staan. Ze zijn lokaal herkenbaar. Samenso kan de uitvoeringsorganisaties versterken en onderlinge uitwisseling stimuleren. We waren al bezig met intercollegiale kwaliteitstoetsing en daar gaat Samenso mee verder. Forte Welzijn en Mozaïek Welzijn werkten al samen aan een nieuwe website voor beide organisaties met een gezamenlijke backbone en hadden al samen een communicatiemedewerker aangesteld.’
In het interview in de serie “Sociaal werk in de tweede coronagolf” vertelde je eind 2020 dat de gemeente Tiel extra in preventie en samenredzaamheid wilde investeren. Komt jullie project “Levende verhalen” daaruit voort?
‘Zeker. In dat project worden inwoners getraind in het vertellen van verhalen over moeilijke momenten in hun leven en wat zij daarvan geleerd hebben. Die vertellers worden vervolgens ingezet om andere mensen te helpen. De eerste training is half september, dus over de resultaten valt nog niets te zeggen. Het is inderdaad zo dat de gemeente Tiel extra investeert in preventie en samenredzaamheid. Die extra investering is onderdeel van een beleidsstructuurwijziging van de gemeente. Voor een deel investering in achterstallig onderhoud als gevolg van eerdere bezuinigingen. Die extra investeringen komen met name ten goede aan het jongerenwerk en het project “VVE thuis”, dat gericht is op ouderschapsvorming in de VVE-periode. En we zijn bezig Welzijn op Recept zodanig om te vormen dat ook biculturele Nederlanders daar profijt van hebben. Voor die doelgroep kregen we nauwelijks doorverwijzingen van huisartsen, terwijl ook daar eenzaamheidsproblematiek speelt. Huisartsen kijken teveel door een witte, westerse bril.’
Je was bestuurder van Stedelijk Jongerenwerk Amsterdam (SJA) en de afgelopen negen jaar van Mozaïek Welzijn. Vanaf 1 september ben je senior manager en adviseur bij Farent in ’s-Hertogenbosch. Je kent de sector dus vanuit verschillende perspectieven. Wat heeft het sociaal werk de afgelopen tien jaar goed gedaan?
‘In 2014/2015 kregen gemeenten dankzij de invoering van de Wet Passend Onderwijs, de Participatiewet en de Wet maatschappelijke ondersteuning meer regie over het sociaal domein. Het idee achter die wetten was dat de gemeente hulp en ondersteuning nabij en bovendien voor minder geld kon ondersteunen. We weten allemaal dat die transities nog geen groot succes zijn geworden. Zorg, jeugdzorg en maatschappelijk werk zijn veel meer dan het sociaal werk gebonden aan systemisch denken, handelen en verantwoorden. Het opbouwwerk en vooral ook het jongerenwerk hebben meer vrijheid om te doen wat ze moeten doen. De pandemie heeft deze ontwikkeling versterkt. Sociaal werk werd steeds duidelijker de eerste partij en steeds vaker wat ik graag noem: “eerste hulp bij maatschappelijke ongelukken”. Sociaal werkers zijn het eerst ter plaatse, zorgen meteen dat er een en ander gebeurt en zorgen dat het maatschappelijk vangnet functioneert en blijft functioneren. Het sociaal werk heeft steeds meer die rol gekregen en krijgt daarvoor ook steeds meer waardering.’
Welke grote uitdagingen zie je voor het sociaal werk?
‘Als sector moeten we nadenken over wat wij moeten doen in de energietransitie. Crista Vonkeman van Bosman & Vos roept daartoe op. En in een webinar van Verdiwel zette Yvonne Zuidgeest van Diverz uiteen hoe haar organisatie dat in Zwijndrecht aanpakt. Dit vraagstuk is door de oorlog in Oekraïne, de stijgende energieprijzen en de correlatie met armoede alleen maar prangender en urgenter geworden. Straks staan steeds meer gezinnen financieel onder water. Samen met woningcorporaties zouden wij met opbouwwerkmethodieken allerlei initiatieven rond energiebesparing moeten nemen. Dat project van Diverz verdient landelijke navolging. Wij hebben dit vraagstuk ook onder de aandacht van de gemeente Tiel gebracht, maar die zegt dat dit voorlopig geen onderdeel uitmaakt van onze opdracht en dat zij andere prioriteiten heeft. Deze ervaring zal voor meer leden gelden. We moeten als branche proactiever zijn en zo’n lokale aanpak voor energiebesparing bij de VNG bepleiten.’
Zie je në³g een uitdaging?
‘Het jongerenwerk richt zich veel meer op preventie en op talentontwikkeling dan op criminaliteitspreventie en zelf wil ik eigenlijk ook een beetje weg blijven bij criminaliteitspreventie. Maar tegelijkertijd zien we dat ondermijning vanuit criminaliteit voortwoekert en de samenleving corrumpeert. Er is al een en ander gepubliceerd over mensen die gedwongen worden een zolderkamer of een stuk terrein ter beschikking te stellen aan het drugsgilde. Hoe voorkomen we dat kids al op jonge leeftijd in het criminele circuit terecht komen? Daar moeten we slagen maken en veel meer gebruik maken van betaalde, professionele ervaringsdeskundigen, misschien kunnen we dat samen met de reclassering doen. Er moeten mbo- of hbo-opleidingen komen voor ervaringsdeskundigen op meerdere terreinen. Dan denk ik ook aan ggz-problematiek, armoede en schulden. Dan snijdt het mes aan twee kanten: deze ervaringsdeskundigen zijn zinvol bezig en verdienen dan ook een fatsoenlijke boterham. Hier ligt een mooie taak voor Sociaal Werk Nederland.’
Iedereen die op je afscheidsreceptie in Tiel kwam, kreeg “Doe jezelf een plezier” mee. Een mooi boek met portretten van vrijwilligers in Tiel. Opvallend is dat veel vrijwilligers elke week veel uren in hun vrijwilligerswerk stoppen, met name gepensioneerden. Zijn er genoeg vrijwilligers of zijn er veel meer nodig?
‘Je hebt er nooit genoeg. Met dit boek wilden we mensen verleiden om met vrijwilligerswerk zichzelf een plezier te doen. Er zijn altijd mogelijkheden om als vrijwilliger iets de doen dat bij jou past en dat jou zin en voldoening oplevert. Door de vergrijzing en het vastlopen van zorgsystemen door personeelsgebrek zal de vraag naar vrijwilligers alleen maar groeien. Je zou nog outreachender moeten werven. Bijvoorbeeld door iedereen die 67 wordt thuis te bezoeken en te wijzen op mogelijkheden op zinvolle, passende vrijwillige inzet.’
Wat maakte het besturen in het sociaal werk door de jaren heen voor jou interessant? Wat is jouw drive?
‘Ik ben vanuit de cultuur- en evenementenbranche overgestapt naar het sociaal werk omdat welzijnsorganisaties van ongelooflijke toegevoegde waarde zijn of kunnen zijn. Tegelijkertijd zag ik in deze sector ongelooflijk veel gepruts, zodat mijn handen gingen jeuken om het beter te doen. Zo kon het gebeuren dat een dag në¡ een activiteit een doos flyers werd afgeleverd over die activiteit. Vervolgens haalde men dan laconiek de schouders op. Dit soort fouten werden met de mantel der liefde bedekt. In de evenementenbranche is zoiets onbestaanbaar. Goede publiciteit geldt daar als een van de eerste randvoorwaarden voor een geslaagde activiteit.’
Wat is het meest indrukwekkend dat jij als bestuurder in het sociaal werk hebt meegemaakt?
‘Dat Lodewijk Asscher besloot om het Stedelijk Jongerenwerk Amsterdam — een prachtige en goed werkende organisatie — weg te bezuinigen, heeft een blijvende impact op mij gehad. Je kunt je organisatie nog zo belangrijk vinden, het blijft mogelijk dat die volgend jaar niet meer bestaat. Wat ik ook indrukwekkend vond, was de inzet van onze medewerkers toen het gemeentehuis van Geldermalsen werd bestormd door boze inwoners vanwege de mogelijke komst van een AZC. Onze medewerkers waren ter plekke en konden voorkomen dat de zaak helemaal uit de hand liep. Wat ik sowieso indrukwekkend vind is de eindeloze reeks voorbeelden van inwoners die heel energiek en gemotiveerd aan de slag zijn in het sociaal domein, met sociaal werkers als stille krachten op de achtergrond.’
De voordelen van Verdiwel
Waarom lid worden
- Kennis
- Ervaring
- Intervisie
- Expertise
- Versterking van de kwaliteit van besturen in het sociaal werk